Rijkdom aan Epitafen

Er zijn maar weinig kerken in Friesland die zulke mooie epitafen hebben. De hier aanwezige rouwborden herinneren aan de leden van het geslacht Van Idzaerda en zijn voor een groot deel verantwoordelijk voor het karakter van en de sfeer in het kerkje. Opmerkelijk is dat de drie epitafen in de loop der tijd steeds groter worden: de laatste overtreft de vorige fors in omvang.

Haiko Meines van Idzaerda (†1531) en Imck Rommaerts (†1552)

Epitaaf Haiko van IdzaerdaDe oudste en tevens kleinste epitaaf heeft twee wapens boven een kort opschrift, dat memomeert aan het overlijden van Haiko Meines van Idzaerda en zijn vrouw Imck Rommaerts. De tekst luidt: "In het jaar 1531 op 13 november is gestorven Haiko Meines van Idzaerda. In het jaar 1552 is gestorven Imck Rommaers zijn huisvrouw. En liggen hier beneden begraven"

De adelaer van Azuurblauw op een gouden veld is het wapen van de familie Van Idzaerda. Het wapen met drie kantelen van keel (=rood) met drie gouden sterren in een veld van azuur, is het wapen van de familie Rommaerts.

Epitaaf Baerte van Idzaerda

 

 

 

Baerte van Idzaerda (†1603)

De qua datering en grootte tweede epitaaf is net als het eerste te vinden aan de Noordmuur van de kerk.  De epitaaf is groter en herinnert aan Baerte van Idzaerda, overleden in 1603. De vertaling van het latijnse opschrift luidt: "De edele en aanzienlijke heer Baerte van Idzaerda, Fries raadheer. Een der eersten die door het afschudden van het Spaanse juk de grondslag der vrijheid in Friesland hebben gelegd. Nadat hij door de dood alles wat sterfelijk was, uit verlangen naar de onsterfelijkheid en willende wat God wilde, had afgeschud in het jaar 1603, de 14de mei, in het 75 jaar zijns levens, heeft hij met het volste recht verdiend, dat voor hem dit gedenkteken in dit heiligdom door zijn erfgenamen werd opgericht."

Boven en onder dit opschrift zijn de familiwapens van Van Idzaerda en Rommaerts aangebracht onder een helmteken met verentooi. De omlijsting is verder versierd met engelenkopjes en vazen. Het geheel is omgeving door een donkere schaduwschildering.

Baerte was gehuwd met Magdalena Rommaerts, die in 1596 overleed.

 

Meinardus van Idzaerda (†1618)

Epitaaf Meinardus van IdzaerdaHet derde rouwbord is veel groter dan de andere twee en is aangebracht tegen de overliggende zuidmuur ten plaatse van het dichtgezette venster in die wand. De epitaaf dateerd uit 1620, zo valt te lezen aan de bovenzijde. Het is geplaatst ter herdening van Meinardus van Idzaerda. De vertaling van de latijnse tekst luidt: "De zeer edele en aanzienlijke heer Meinardus van Idsaerda, zoon van Baerte en kleinzoon van Hayco, tweemaal één der Negenmannen van Friesland en negentien jaar en elf maanden het hoofd van Stellingwerf Westeinde, afgevaardigde naar de Nationale Synode te Dordrecht, aldaar door een ziekte overvallen, heeft in het jaar 1618 den 22sten December, ten elf uur des nachts, in het drie-en-vijftigste jaar zijns levens, te Leeuwarden zijn geest aan God teruggegeven. In de hoop op de opstanding heeft hij opdracht gegeven zijn stoffelijk overschot hier te begraven."

Een Negenman zou in de huidige tijd een Gedeputeerde genoemd worden en Meinardus zat dus in het bestuur van Friesland. Daarnaast was hij Grietman van Weststellingwerf. De reis die hij in 1618 als ouderling en afgevaardigde van de gemeente in Leeuwarden naar Dordrecht (de bekende synode van Dordrecht) maakte eindigde in een ziekte die hem uiteindelijk fataal is geworden.

Meinardus was doctor in de rechstgeleerdheid en gehuwd met His Hommesdochter van Harinxma thoe Sloten.

Opgemerkt moet worden dat de uitstraling van dit rouwbord niet alleen door zijn grote afwijkt van de andere twee. Door de lichte kleur en ontbreken van een schaduwschildering straalt het bord meer 'leven' uit t.o.v. de andere twee die meer de 'zwarte dood' weergeven. De tekst is geplaatst in een grote renaissancistische omlijsting en heeft aan de onderkant een fruitslinger. Het bovenstuk rust aan beide kanten op een pilaster. De ene met een mannenhoofd, de andere een vrouwenhoofd met helemaal bovenop een obelisk. De hoofdbalk heeft 4 wapens (de bekende Van Idzaerda en Rommaerts wapens) met daarboven een familiewapen onder een helmteken. Boven dit familiewapen is een 'urn' geplaatst.

 

Grafstenen

De 3 grafstenen in het middenpad worden niet vaak genoemd, maar zijn zeker de moeite waard. Het zijn grafstenen uit de 17e en 18e eeuw voor leden van het geslacht Terwisscha van Scheltinga. De zerken lagen eerst in het koor boven de grafkelder van de familie, maar deze kelder bestaat niet meer. De wapens zijn in 1796 weggekapt, maar de teksten zijn nog goed leesbaar. 

In die tijd was het gebruikelijk om op de hoeken van een grafsteen 'leeftijd-koppen' te beeldhouwen, die elk voor een fase in het leven staan, te weten de jeugd, volwassenheid, ouderdom en de dood. Op de grafsteen van Bernadus Frankena uit 1610 zijn deze koppen nog terug te vinden.

 

 

Bron voor bovenstaande tekst/artikel: Artikel "de Kerk in Ter idzard: 'Grafkapel' van de Van Idzaerda's" in het blad van de Alde Fryske Tsjerken van juni 2010, geschreven door Regnerus Steensma.